Irak

In 2003 kwam de Stichting Drenthe helpt Irak met de vraag of we een rit konden doen naar Zuid-Irak.Op het provinciehuis werkte namelijk iemand die daar geboren is en die wilde graag zijn familie en vrienden gaan helpen.Ze hadden geld en spullen ingezameld en dat moest er naar toe.Het was in de zomer dus komkommertijd in het nieuws en iedereen viel over ons heen.Wat ons wel niet mankeerde om tijdens de oorlog daar naar toe te willen gaan.Ook Den Haag gaf een negatief reisadvies maar dat was zo voor de meeste landen waar wij op reden.

Wij gingen nooit over één nacht ijs dus de reis werd terdege voorbereid.In overleg met alle betrokkenen werd besloten dat we het zouden proberen maar dat we via het zuiden Irak zouden binnenrijden dus via Syrië,Jordanië,Saudie-Arabië en Koeweit.Het Nederlandse leger zou ons dan begeleiden vanaf de grens en we zouden bij hun op de basis kunnen parkeren.Dit alles betekende wel dat wij meer visa nodig zouden hebben.De voorbereidingen werden in gang gezet en ik ging dagelijks naar Den Haag naar de verschillende ambassades om de visa te regelen.Daar kregen we alle medewerking alleen bij de Saudie duurde het lang.Die moesten eerst toestemming hebben uit Riaad.Op een gegeven moment zei men”ga maar rijden dan sturen wij het visum wel naar Amman”.

Zodoende vertrokken wij op 04 Augustus,op de verjaardag van mijn vrouw, richting Jordanië.

In 2003 the foundation ‘Drenthe helpt Irak’ asked Vidotrans if we could go on a trip to South-Iraq. A employee of the house of province was originally born there and wanted to help his family and friends. They had collected money and goods that had to be delivered. It happened in summertime and that’s a slow time for journalists so everybody jumped on the story and asked us if we were crazy to go there in war-time. The Hague gave a negative advise, but that was the situation in most of the countries we went to.

We never went unprepared so the preparations started. After negotiation with all involved we decided to go. We would try to reach Iraq from the south, so trough Syria, Jordan, Saudie-Arabia and Kuwait. The dutch army would escort us from the border and we could park at their base. This all ment that we would need more visa for the different countries. So the paperwork started and I went daily to the various ambassees to get the visa’s. They all cooparated very well, but it took a while at the Saudie Arabian ambassady. They needed the permission from Riaad. On a certain point they said: ‘start driving, we will send the visa to Amman.’ So at the 4th of August, on my wife’s birthday, we took off and headed for Jordan.

We gingen met drie auto’s bestuurd door Douwe Dijkstra,Sander van As en ik zelf en Wim de Haan vloog als reserve chauffeur/monteur samen met Jaap Stalenburg van TVM en Rob Siebelink van het Dagblad van het Noorden naar Amman om zich daar bij ons te voegen. De reis verliep voorspoedig totdat we aan de grens met Jordanië kwamen.Hier mochten we niet verder omdat we nog geen visum hadden voor Saudie-Arabië.

We went with three cars driven by Douwe Dijkstra, Sander van As and myself. Wim de Haan flew as a reserve driver / mechanic together with Jaap Stalenburg of TVM and Rob Siebelink of the Dagblad van het Noorden to Amman to join us there. The trip went smoothly until we arrived at the border with Jordan. Here we were not allowed to continue because we did not yet have a visa for Saudi Arabia.

Ze wilden ons het liefst terug sturen naar Syrië maar wij moesten het visum regelen in Amman dus dat was geen optie.We moesten de auto’s laten staan en kregen toestemming van de politie om naar Amman te vertrekken. We werden gehaald door Jaap, Rob en Wim en vertrokken naar een hotel in Amman. Met hulp van de Nederlandse ambassade aldaar lukte het om na zeven dagen de visa voor elkaar te krijgen zodat we weer verder konden. Wij gingen weer terug naar de trucks aan de grens waar bleek dat onze koelkasten waren uitgevallen en alle eten bedorven was. De douane was nu snel geregeld maar het was te laat om nog te vertrekken want de poort was gesloten.

They wanted to send us back to Syria but we had to arrange the visa in Amman so that was not an option. We had to leave the cars and got permission from the police to leave for Amman. We were picked up by Jaap, Rob and Wim and left for a hotel in Amman. With the help of the Dutch embassy there, we managed to get the visas done after seven days so that we could continue. We went back to the trucks at the border where it turned out that our refrigerators had failed and all the food was spoiled. Customs was now quickly arranged but it was too late to leave because the gate was closed.

De volgende dag ging het verder richting Saudi-Arabië.Daar aangekomen bleek dat de douane al gesloten was. De volgende twee dagen bezig geweest om de grens over te komen. Het is de buitengrens van de Arabische landen dus hier wordt alles gecontroleerd. Beplating wordt van de trailers gehaald, banden van de velgen, gaten in de tank gesneden. Dit alles om te controleren of er ook wapens gesmokkeld worden. Gelukkig gebeurde dat niet bij onze auto’s al werden wij ook wel streng gecontroleerd. En dit alles bij een temperatuur van 48 graden Celcius en in de volle zon.

The next day it went on to Saudi Arabia.When we arrived there, it turned out that customs was already closed. The next two days were busy crossing the border. It is the external border of the Arab countries so here everything is checked. Plating is removed from the trailers, tires from the rims, holes in the tank cut. All this to check whether weapons are also smuggled. Fortunately, that did not happen with our cars, although we were also strictly controlled. And all this at a temperature of 48 degrees Celsius and in full sun.

Na deze grens konden we beginnen aan de 1500 km lange rechte weg door de woestijn richting Koeweit. Daar verliep het allemaal redelijk soepel al moest er nog wel even getelefoneerd worden met de Nederlandse ambassade voor een beetje pressie. Aan de grens met Irak werden we opgewacht door de Nederlandse mariniers die ons via een bypass over de grens en naar hun basis in As-Samawa begeleidden. De volgende twee dagen hebben we gelost en konden we weer richting Roemenië om een retourlading op te pikken voor Nederland. De terugreis verliep voorspoedig en op 13 September kwamen we na een rit van 14000 km weer aan in Assen.

Na een welverdiende vakantie maar weer aan de slag in het “gewone werk”naar Roemenië en Ukraine totdat er weer ergens een ramp zou gebeuren of een oorlog uit zou breken zodat er zich weer een speciale rit zou voordoen. Dat duurde niet zo lang want rond kerst 2003 was er de aardbeving in Bam en ging Vidotrans met vier auto’s richting Iran. Ik mocht deze keer niet mee want nu waren de andere collega’s aan de beurt.

After this border we could start on the 1500 km long straight road through the desert towards Kuwait. After this it all went fairly smoothly although we still had to call the Dutch embassy for a bit of pressure. At the border with Iraq we were met by the Dutch marines who escorted us via a bypass across the border and to their base in Samawa. The next two days we unloaded and we could go back to Romania to pick up a return cargo for the Netherlands. The return trip went well and on 13 September we arrived back in Assen after a ride of 14000 km.

After a well-deserved holiday, I got back to work in the “normal work” to Romania and Ukraine until another disaster would happen somewhere or a war would break out so that a special ride would occur again. Around Christmas 2003 an earthquake in Bam happend and Vidotrans went to Iran with four cars. This time other colleagues went and deliverd the goods.